Bekijk alle projecten

Milieu-onderzoek ’s-Gravenweg Capelle a/d IJssel

Wat gaat er gebeuren?
Het onderzochte deel van de ’s-Gravenweg ligt tussen de spoorwegovergang ten westen van de Prins Alexanderlaan tot aan de gemeentegrens met de gemeente Zuidplas, net ten oosten van de kruising met de Klaas Klinkertkade. Dit deel heeft een lengte circa 3400 meter.
Op een deel van dit tracé worden tussengeleiders aangelegd en fietsstroken verlengd. Een ander deel wordt omgevormd tot fietsstraat.
Nutsbedrijven gaan leidingen vervangen. Hiervoor wordt een strook van 1,50 meter asfalt en fundering verwijderd. Het is de bedoeling om het funderingsmateriaal na aanleg van de leidingen te hergebruiken (mits geschikt).

Door deze werkzaamheden komen op verschillende locaties bouwmaterialen vrij. De gemeente laat onderzoek doen om de milieuhygiënische kwaliteit van deze materialen te bepalen.

Onze kennis op gebied van milieu en verhardingen – en het zelf kunnen uitvoeren van vrijwel alle werkzaamheden – maakt ons uniek.

Bekend is dat ter plaatse van de aan te brengen kabels en leidingen in de verharding Mesh Track en Carpave aanwezig zijn. Met name Mesh Track vormt bij het verwijderen een uitdaging. Unihorn heeft daarom samen met de opdrachtgever een praktisch advies opgesteld om de verhardingsconstructie ter plaatse van de sleuf deugdelijk te herstellen.

Dit waren onze werkzaamheden

uitvoeren asfalt- en constructieboringen
beschrijven boorkernen
uitvoeren teerhoudendheidsonderzoek
uitvoeren onderzoek fundering en ondergrond
opstellen advies herstelmaatregel kabelsleuf
uitvoeren verkeersmaatregelen

Onze werkzaamheden in meer detail
Kernboringen
De asfalt- en constructieboringen zijn door Unihorn met eigen apparatuur uitgevoerd. Het boorkernonderzoek is uitgevoerd conform CROW-publicatie 210.

Beschrijven boorkernen
De boorkernbeschrijvingen zijn uitgevoerd door het geaccrediteerde Asfaltlaboratorium van Unihorn. Daarbij zijn van alle visueel te onderscheiden lagen de laagdikte bepaald en het materiaal qua aard en gradering benoemd. Overige visueel waarneembare aspecten zoals scheuren, losliggende of gedesintegreerde lagen zijn waar van toepassing eveneens benoemd.

Teerhoudendheidsonderzoek
Eerst zijn met een PAK-detector de asfaltkernen indicatief op de aanwezigheid van PAK onderzocht. Daarna zijn op basis van CROW-publicatie 210 en in overleg met de opdrachtgever het benodigde aantal DLC-analyses bepaald. PAK-detector en DLC analyses zijn uitgevoerd in het Asfaltlaboratorium van Unihorn.

Onderzoek fundering en ondergrond
Middels de constructieboringen – die tot 1 meter onder het wegdekniveau zijn uitgevoerd – is materiaal van de aanwezige funderingen en ondergrond verzameld. De werkzaamheden zijn uitgevoerd door onze eigen gecertificeerde veldmedewerkers.
Het onderzoek op vrijkomend funderingsmateriaal is indicatief van vorm. Het asbestonderzoek in het funderingsmateriaal is uitgevoerd conform de NEN 5897. Het bodemonderzoek van de ondergrond is eveneens indicatief van aard.
Het funderingsmateriaal is geanalyseerd op een beperkt samenstellingsonderzoek voor bouwstoffen. Daarnaast is door middel van een cascadeproef het uitlooggedrag onderzocht.
De mengmonsters grond zijn geanalyseerd op het NEN 5740 pakket voor grond. Waar in de ondergrond puinbijmengingen zijn aangetroffen, is dat aanvullend op asbest onderzocht.
De analyseresultaten van het funderingsmateriaal en de ondergrond zijn getoetst aan het Besluit bodemkwaliteit. De ondergrond is ook getoetst aan de CROW 400.

Verkeersmaatregelen
In het onderzochte tracé zijn enkele kruisingen met VerkeersRegelInstallaties. Om de werkzaamheden daar veilig te kunnen uitvoeren zijn verkeersregelaars ingezet.
De door Unihorn voor de werkzaamheden ingezette apparatuur is zodanig voorzien van signalering en bebording dat het voldoet aan figuur 1221 van CROW-publicatie 96b. Daarmee waren verder aanvullende verkeersmaatregelen niet nodig.

Benieuwd wat Unihorn nog meer doet?

Lees meer over onze onderzoeks- en advieswerkzaamheden op het gebied van Milieu

Kijk hier voor meer info over Milieu